De derde en vierde naamval - Duits

De derde en vierde naamval - Duits

Herzlich Willkommen

Op deze site kan je alles leren over de 3de en de 4de naamval. Beide naamvallen staan apart uitgelegt en ook staan er schema's bij. Leer deze schema's goed uit je hoofd, want die heb je nog heel vaak nodig. bij beide naamvallen ijn er ook opdrachten waarmee je je kennis kan oefenen. Aan het eind is het de bedoeling dat je een toets maakt voor een cijfer en hierin worden beide naamvallen door elkaar gevraagd.

Als je op de pijlen onderin op de pagina klikt, dan loop je door de hele site heen. Je kan er ook voor kiezen om links in het menu naar andere pagina's te gaan.

Als je de hele site bent doorgelopen en je de eindtoets met een voldoende hebt afgesloten, heb je de leerdoelen bereikt. Je kent nu alle kenmerken van de beide naamvallen en kunt ze ook toepassen in een zin.

Viel Erfolg!

Vierde naamval

De 4de naamval wordt in het Duits ook wel de Akkusativ genoemd. De vierde naamval wordt gebruikt voor 'het lijdend voorwerp' dus zoals jullie bij nederlands al geleerd hebben gebruik je de regel; voor wie/wat + onderwerp + gezegde.

Zoals je in het schema kan zien veranderd bij de lidwoorden allen het mannelijk lidwoord. Der wordt namelijk den.

 

Mannelijk

Vrouwelijk

Onzijdig

Meervoud

1ste naamval

  der

  die

  das

  die

4de naamval

  den

  die

  das

  die

Voorzetsels

Präpositionen mit dem Akkusativ

Hieronder zie je een schema met 7 voorzetsels. Als je een van deze voorzetsels in de zin ziet staan, dan volgt daarna altijd de 4de naamval.

Voorbeeld: Ich gehe ins Kino ohne dich.
                  Meine Mutter kauft etwas für den Mann

   durch

   door

   für

   voor

   ohne

   zonder

   um

   om

   bis

   tot

   gegen

   tegen

   entlang

   langs

 

Leer dit bovenstaande schema goed uit je hoofd, want dit is erg belangrijk in de Duitse grammatica.

Nu je het schema goed doorgelezen hebt is het tijd om te oefenen. Maak de volgende opdrachten om te zien hoe goed je de voorzetsels al kent.

Probeer nu zelf de voorzetsels in het Duits te vertalen.

Persoonlijk voornaamwoorden

Personalpronomen

Net zoals in het Nederlands heb je ook in het Duits persoonlijk voornaamwoorden. In het Duits veranderen deze mee aan de hand van de naamval. Hieronder volgt een schema met de persoonlijk voornaamwoorden in de eerste en vierde naamval.

 

 

ik

jij

hij

zij

het

wij

jullie

zij

U

1ste

ich

du

er

sie

es

wir

ihr

sie

Sie

4de

mich

dich

ihn

sie

es

uns

euch

sie

Sie

 

mij

jou

hem

haar

het

ons

jullie

hun/hen

u

 

 

Maak de onderstaande oefening om te kijken of je de persoonlijk voornaamwoorden uit de vierde naamval al kan herkennen.

Kennisclip

In de kennisclip wordt nogmaals de hele 4de naamval uitgelegd

 

Oefenen

Derde naamval

De derde naamval wordt in het Duits de Dativgenoemd. De derde naamval wordt gebruikt voor 'het meewerkend voorwerp' dus zoals jullie bij nederlands geleerd hebben gebruik je de regel; aan/voor wie/wat + lijdend voorwerp + onderwerp + gezegde.

Zoals je in het schema kan zien veranderen alle lidwoorden in de derde naamval. Leer dit schema heel goed uit je hoofd.

 

Mannelijk

Vrouwelijk

Onzijdig

Meervoud

1ste naamval

  der

  die

  das

  die

3de naamval

  dem

  der

  dem

  den

4de naamval

  den

  die

  das

  die

Voorzetsels

Präpositionen met dem Akkusativ

Hieronder zie je een schema met 7 voorzetsels. Als je een van deze voorzetsels in de zin ziet staan, dan volgt daarna altijd de 4de naamval.

Voorbeeld: Kann ich vielleicht bei dir essen?
                  Ich gehe mit der Frau nach Spanienen.

   aus

   uit

   bei

   bij

   mit

   met

   nach

   naar

   seit

   sinds

   von

   van

   zu

   naar

 

 

Tijd voor een iets moeilijkere opdracht!

Na de oefeningen gemaakt te hebben kan je even ontspannen en naar dit leuke liedje luisteren.

Persoonlijk voornaamwoorden

Personalpronomen

Net zoals in het Nederlands heb je ook in het Duits persoonlijk voornaamwoorden. In het Duits veranderen deze mee aan de hand van de naamval. Hieronder volgt een schema met de persoonlijk voornaamwoorden in de eerste en vierde naamval.

 

 

ik

jij

hij

zij

het

wij

jullie

zij

U

1ste

ich

du

er

sie

es

wir

ihr

sie

Sie

3de

mir

dir

ihm

ihr

ihm

uns

euch

ihnen

Ihnen

4de

mich

dich

ihn

sie

es

uns

euch

sie

Sie

 

mij

jou

hem

haar

het

ons

jullie

hun/hen

u

Oefenen

Eindtoets

  • Het arrangement De derde en vierde naamval - Duits is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Iris Gram Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2020-11-23 18:02:28
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Bronvermelding afbeelding in de header: 

    Gratis afbeelding op Pixabay - Duitsland, Vlag, Zwart Rood Goud

     

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld