Uitleg opdracht
Door deze opdracht stap voor stap te doorlopen, leer je meer over de goden in het hindoeisme.
Bij ieder onderwerp staan een aantal vragen, beantwoord deze vragen in werkboekje op bladzijde 10 t/m 12.
De antwoorden kun je vinden in de toegevoegde filmpjes, het boek of op internet.
Goden
Noteer in het schema in het Word-document de namen van 5 hindoe-goden.
Ga nu op zoek naar hun kenmerken als het gaat om uiterlijk (hoe zien ze er uit, hoe kun je ze herkennen) en naar hun eigenschappen.
Je kunt gebruik maken van het boek op bladzijde 85 en 87 of van de toegevoegde filmpjes.
Geef in het Word-bestand ook antwoord op deze vraag:
1. De god Ganesha heeft het lichaam van een mens, en de kop van een olifant. Leg uit waarom het voor hindoes niet vreemd is dat goden ook de vorm van een dier kunnen hebben.
Omgaan met de goden
Hindoes gaan op andere manieren om met hun goden, dan wij misschien gewend zijn.
Kijk de filmpjes en geef dan in het Word-bestand antwoord op deze vragen:
1. Zoek op / Leg uit wat puja precies is.
2. Noteer 3 manieren waarop hindoes hun goden 'verzorgen'.
3. Waarom is het het beste om 's ochtends vroeg al puja te doen?
4. Vrijwel ieder gezin heeft een huisaltaar. Noteer minimaal 3 dingen die daarop staan.
5. Hoe kun je de relatie tussen de mensen en de goden het beste beschrijven?
6. 'Misschien kun je wel zeggen dat hindoe-goden minder heilig zijn' (dan bijvoorbeeld God in de islam of het christendom). Leg deze uitspraak uit.
De tempel
Hindoes komen samen in een tempel.
Lees de tekst op bladzijde 87 van het boek en bekijk het filmpje.
Maak dan deze vragen in het Word-bestand:
1. Uit welke 2 delen bestaat een dienst in de tempel?
2. Geef 3 voorbeelden van offers aan de goden.
3. Na afloop van de dienst nemen de aanwezigen de offers weer mee. Waarom doen ze dat?
Hoeveel goden..?
Hoe zit het nu precies met het aantal goden dat hindoes kennen?
Kijk het filmpje. Lees ook bladzijde 85 (vooral de laatste alinea) van het boek.
Geef dan antwoord op deze vragen in het Word-bestand:
1. Zoek op wat het woord polytheisme betekent.
2. Probeer nu uit te leggen waarom het hindoeisme gezien kan worden als polytheistische godsdienst.
3. Zoek op wat het woord monotheisme betekent.
4. Probeer nu uit te leggen waarom het hindoeisme gezien kan worden als monotheistische godsdienst.
Het Brahman
Uiteindelijk geloven hindoes in 1 goddelijke bron, het brahman.
Lees de tekst op bladzijde 85 van het boek en maak dan deze vragen in het Word-bestand:
1. Noem een verschil tussen het brahman en de God die moslims en christenen kennen.
2. Wat is de relatie / het verband tussen het brahman en de vele hindoe-goden?
3. Waarom maakt het voor hindoes niet uit als iemand een andere god aanbidt?
Quiz: snap je het?
Toets: Quiz: snap je het?
Start
Klaar met de opdrachten?
Ben je helemaal klaar met de opdrachten?
Laat de docent deze even controleren.
Krishna
