The subject of this double period is saving money. Het onderwerp van dit blokuur is geld besparen.
Make groups of three or four. Maak groepjes van drie of vier.
Discuss these questions in English with your group: Bespreek met je groepje in het Engels deze vragen:
Waar geef jij het meeste geld aan uit?
Heb je wel eens te veel voor iets betaald? Leg je antwoord uit.
Wat is jouw beste bespaartip?
Step
activiteit
activity
leerdoel
aim
tijd
time
introduction
Nadenken over wat je al weet.
10
Step 1
reading Clothes shopping on a budget
Je kunt een tekst over voordelig shoppen begrijpen en er vragen over beantwoorden.
15
Step 2
listening
Je kunt een video over het maken van een boodschappenlijstje begrijpen en er vragen over beantwoorden.
15
Step 3
vocabulary
Je kunt woorden en zinnen over voordelig shoppen gebruiken.
15
Step 4
grammar Present continuous
Je kunt de present continuous gebruiken.
15
Step 5
speaking Tell me what you're buying
Je kunt een gesprekje voeren waaarin je vertelt wat je gaat kopen.
10
Step 6
writing Finish the email
Je kunt een e-mail schrijven waarin je tips geeft voor voordelig shoppen.
15
Step 7
evaluation
Nadenken over wat je hebt geleerd.
05
Step 1 - Reading
Clothes shopping on a budget
You are going to read a text with tips for spending less money on clothing. Je gaat een tekst lezen met tips om minder geld uit te geven aan kleding.
Werk met een klasgenoot. Bedenk drie manieren om geld te besparen als je kleren gaat kopen.
Lees de tekst.
Denk tijdens het lezen na over de volgende vraag: welke van jullie tips staan ook in de tekst?
Clothes shopping on a budget
Many of us love shopping for new clothes. But sometimes we want to keep up with fashion trends so badly that we spend too much – sometimes on clothes we don’t even wear. So here are some tips to shop on a budget.
Buy only what you need
Don’t buy clothes unless you really need them – even when they’re on sale. I’ve got a wardrobe full of clothes that I bought cheaply but that I hardly ever wear. A complete waste of money! A good way to do this is to make a shopping list – and to stick to it. My trick to make sure shopping is still fun? One of the items on my list is always ‘one impulse buy’.
Give yourself a budget
Another good way to limit your spending is to give yourself a budget. Do some research online beforehand, so that you know how much the items you need are going to cost. This helps you set a realistic budget. Even better: take the amount you want to spend with you in cash and leave your credit card or debit card at home.
Buy quality
It seems so simple: spend less on an item and you can buy more of them. But think: how long is it going to last? Is it still going to look this good after a wash? Or ten washes? High-quality clothing is more expensive, but it’s also made with care and with better materials. Chances are it will last longer – and because it keeps looking good, you will wear it for longer.
Buy during end-of-season sales
At the end of, for example, the summer, summer clothes will go on sale. Time to think ahead and buy your summer clothes for next year. Is the winter almost over and does your winter coat have a nasty tear in it? Buy your next winter coat now, when prices are reduced. Your bank account will look even better than you!
* item betekent in deze tekst kledingstuk. Het kan ook punt, ding of onderdeel betekenen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
You are going to watch a video about Linda and Rico, who need to get some groceries. Je gaat kijken naar een video over Linda en Rico, die boodschappen moeten gaan doen.
Watch the video. Kijk naar de video.
While watching, think about the following question: Denk tijdens het kijken na over de volgende vraag:
Wat voor soort boodschappen mis je op het lijstje van Linda en Rico?
Do the exercises. Maak de oefeningen.
Step 3 - Vocabulary
To be able to do all the assignments correctly, you need to know some words and sentences.
For each theme there are word lists ready in StudioWozzol, with which you can practice:
Tip!
There are many ways to study vocabulary. You can read the words aloud or copy them. Click in StudioWozzol on the red arrow for the options. Er zijn veel manieren om te werken aan je woordenschat. Je kunt de woorden hardop uitspreken of kopiëren. Klik in StudioWozzol op de rode pijl voor de verschillende opties.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Weet je nog hoe het zat met de present continuous? Daarmee zeg je dat iets nú aan de gang is. In het Nederlands zeggen we dan vaak iets als: 'Ik ben aan het...'. Een voorbeeld van de present continuous is: I am reading a book. (Ik ben een boek aan het lezen.)
Maar je kunt in de present continuous ook vragen en ontkenningen maken:
Is she reading a book?
I am not reading a book.
Bestudeer uit de kennisbank Engels het onderdeel over de present continuous. Denk na over deze vragen:
Hoe zeg je dit in het Engels? Zij zijn aan het shoppen.
Hoe vraag je dit in het Engels? Is hij aan het shoppen?
Hoe zeg je dit in het Engels? Ik ben niet aan het shoppen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
You are going to do this assigment with a classmate. Deze opdracht doe je samen met een klasgenoot.
Divide the parts and read the conversation out loud. Verdeel de rollen en lees het gesprekje hardop voor.
Person A
Person B
Where are you going?
How long is your shopping list?
What is on your shopping list?How are you going to pay?
I’m going to the supermarket.
There are 2 items on my list.
I’ve got milk on my list.
I am going to pay by debit card.
Make 4 new conversations by replacing the coloured words with words in the same colour from the table. Maak 4 nieuwe gesprekjes door de gekleurde woorden te vervangen door een woord in dezelfde kleur uit de tabel.
Read the new conversation out loud as well. Lees het nieuwe gesprekje weer hardop voor.
For each new conversation, switch roles. Wissel bij elk nieuw gesprekje van rol.
the supermarket
the shoe store
the clothes shop
a second-hand shop
the market
the baker’s the gift shop
2
3
4
5
6
7
8
milk
boots
a winter coat
a T-shirt
cheese
bread a present for my mum
by debit card
with my pocket money
by credit card
with a gift card
with my dad’s money cash with my savings
Make 2 more conversations in which you give your own answers to the questions. Maak nu nog 2 gesprekjes waarin jullie zelf antwoord geven op de vragen.
For both conversations, think of a fifth question and an answer. Verzin bij beide gesprekjes ook zelf een vijfde vraag en een antwoord.
Do the part of person B by heart: cover that part of the example conversation. Doe de rol van persoon B uit je hoofd: dek dat deel van het voorbeeldgesprekje af.
Step 6 - Writing
Finish the email
You are going to tell your pen pal about tips to save money. Je vertelt je penvriend(in) over tips om geld te besparen.
Open het werkbestand in google docs: Saving money -Finish the email.
Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
In the previous step, Speaking, you talked about shopping with a shopping list Je hebt in de vorige stap bij Speaking gesproken over winkelen met een boodschappenlijstje.
Now you are going to write an email to a pal. Nu ga je een mail schrijven aan een vriend/vriendin.
Vraag hoe het met hem/haar gaat en vertel hoe het met jou gaat.
Zeg dat je gaat vertellen over shoppen met een budget.
Zeg dat je een tip hebt.
Zeg dat jij altijd shopt met een boodschappenlijstje.
Geef een voorbeeld: vertel wat je vorige week op je lijstje had.
Zeg dat je zo alleen koopt wat je nodig hebt.
Zeg dat je ook altijd contant geld meeneemt.
Zeg dat je je pinpas thuis laat.
Geef nog één tip die je zelf hebt bedacht.
Stel je vriend(in) een zelfbedachte vraag.
Hi!
? .
I am going to.
I’ve got .
I always .
For example, last week I had .
That way, I only .
I also bring .
I leave at home. . ?
Bye for now,
(fill in your own name).
Step 7 - Evaluation
Complete the grid and answer the questions underneath the grid. Vul het schema in en beantwoord de vragen onder het schema.
activiteit
fun
not fun
easy
difficult
know it already
new
reading
listening
vocabulary
grammar
speaking
writing
Are there still things you don't quite understand? How are you going to fix that? Zijn er nog dingen die je niet helemaal begrijpt? Hoe ga je dat oplossen?
What would you like to ask your teacher? Wat zou je nog aan je docent willen vragen?
Het arrangement 5.4 Saving money - kgt12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor vmbo kgt, leerjaar 1 en 2. Dit is thema 5 'Shopping'. Het onderwerp van deze les is: Saving money. Deze les gaat over geld besparen. Bij de leesopdracht wordt het voordeling shoppen behandeld en bij de luisteropdracht gaat het over het begrijpen een video over het maken van een boodschappenlijstje. De grammaticaopdracht gaat over de present continuous.
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor vmbo kgt, leerjaar 1 en 2. Dit is thema 5 'Shopping'. Het onderwerp van deze les is: Saving money. Deze les gaat over geld besparen. Bij de leesopdracht wordt het voordeling shoppen behandeld en bij de luisteropdracht gaat het over het begrijpen een video over het maken van een boodschappenlijstje. De grammaticaopdracht gaat over de present continuous.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Clothes shopping on a budget
Vocabulary
Present continuous - herhaling
Present continuous - vragen
Present continuous ontkennend
Present continuous
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.