Krantenkoppen
Intro
In deze opdracht leer je wat het doel van koppen in de krant is.
Krantenkoppen trekken je aandacht naar het artikel en maken je nieuwsgierig om het artikel te gaan lezen.
Lees de volgende krantenkop:
Hogere boete voor verkoop tabak aan jongere
Bespreek met een klasgenoot waar dit krantenartikel waarschijnlijk over gaat.
Worden jullie door deze kop nieuwsgierig om het hele artikel te gaan lezen?
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
- aangeven welke onderdelen belangrijk zijn voor een goed opgebouwde tekst (inleiding, middenstuk, slot).
- aangeven waarom krantenkoppen kort en bondig worden geformuleerd.
Wat kan ik al?
Voor je begint aan deze opdracht is het handig om even je geheugen op te frissen.
Lees daarom hieronder nog even de volgende twee kennisbanken en maak daarna de oefening.
Oefening: Onderwerp en hoofdgedachte
Wat ga ik doen?
Aan de slag
Stap 1: Kennisbank
Bestudeer het volgende onderwerp uit de Kennisbank Nederlands en maak daarna de oefening.
Stap 2: Ingekorte zinnen
Download het Werkblad krantenkoppen.
Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Krantenkoppen zijn vaak ingekorte zinnen.
Er worden woorden weggelaten om de kop korter te maken.
Ook staat er geen punt achter de kop.
Voorbeeld 1:
Er staat: Fotomodel overleden aan anorexia.
Er wordt bedoeld: Er is een fotomodel overleden aan anorexia.
Voorbeeld 2:
Er staat: Christina onder hypnose.
Er wordt bedoeld: Christina was onder hypnose!
Opdracht
Op je werkblad vind je onder 'Opdracht 1' een aantal krantenkoppen.
Welke woorden zijn weggelaten?
Schrijf onder de krantenkoppen steeds een volledige zin.
Stap 3: Zelf maken
Nu ga je zelf een aantal koppen maken.
Op het werkblad Krantenkoppen bij 'opdracht 2' vind je drie artikelen, zonder kop. Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Plaats de originele koppen boven de artikelen.
Ga als volgt te werk:
- Lees het artikel.
- Bedenk wat voor soort kop je wilt maken.
- Markeer de woorden in het artikel die je belangrijk vindt.
- Maak als kop eerst een 'normale', hele zin.
- Kort de zin in tot je mooie krantenkop overhoudt.
Succes!
Afronding
Samenvattend
Hier vind je de kennisbanken die horen bij deze opdracht.
Eindopdracht A: Toets
Bij eindopdracht A maak je een toets.
Succes!
Eindopdracht B: Twee vragen
Het eindproduct B van deze opdracht is de laatste vraag op je werkblad.
Geef nu op het werkblad antwoord op de volgende twee vragen:
- Waarom zijn krantenkoppen eigenlijk altijd kort?
- Waarom is het maken van krantenkoppen een vak apart?
Beoordeling
Je docent beoordeelt je werkblad.
Je krijgt een goede beoordeling voor deze opdracht als je:
- van de gegeven krantenkoppen goede zinnen gemaakt hebt.
- drie originele koppen boven de drie artikelen hebt geplaatst.
- antwoord hebt gegeven op de twee vragen van de eindopdracht.
- werkblad er goed verzorgd uitziet en als je het op tijd inlevert.
Klaar?
Laat het werkblad beoordelen door je docent.
Extra opdracht
Hier vind je een extra oefening over krantenkoppen.
Lees de volgende krantenkoppen.
- Aantal deelnemers wandelvierdaagse loopt achteruit
- Er waren drie doden, waarvan twee ernstig
- PSV moet ballen tonen
- Gevangenis van Brugge na drie jaar helemaal open
- Gewapende man berooft passagiers van nachttrein
(Bron: www.taalkabaal.nl) |
Neem de koppen over in een Google document.
Beantwoord per kop de volgende vragen:
- Wat bedoelde de koppenmaker?
Welke vergissing maakt hij/zij?
- Verander de krantenkop zodat de inhoud klopt.
- Overleg met je docent hoe je deze opdracht in moet leveren.
Terugkijken
Inleiding
- Lees de intro van deze opdracht nog eens door. Kun je nu van alle krantenkoppen hele zinnen maken?
Kan ik wat ik moet kunnen?
- Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je wat je moet kunnen?
Hoe ging het?
- Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
- Inhoud
Wat vind jij belangrijk in een krantenkop? Wanneer maakt hij jou nieuwsgierig om het artikel te lezen?
- Eindopdracht
A: Wat vond je van de vragen in de toets? Lukte het om de juiste krantenkoppen bij de artikelen te vinden? Welk onderdeel van de toets vond je het meest makkelijk en welke het meest moeilijk?
B:Wat vond je van de eindopdracht? Moest je nog veel opdrachten op het werkblad afmaken. Kon je de hoofdvragen makkelijk beantwoorden of had je hulp nodig van je docent.
- Extra opdracht
Heb je de extra opdracht gemaakt? Ging het goed?