Tegenstelling, paradox en oxymoron

Tegenstelling, paradox en oxymoron

Tegenstelling (antithese)

Bij een tegenstelling worden tegengestelde dingen gecombineerd, zodat ze meer opvallen.

Voorbeelden

  • Ik heb voor goed geld slechte spullen gekocht.
  • In het stille dal knettert het overal.
  • 's Lands grootste kruidenier gaat op de kleintjes letten.

Paradox

Een paradox is een schijnbare tegenstelling. Hij bestaat uit een combinatie van dingen die op het eerste gezicht niet kan, maar die, als je nog eens nadenkt, wel degelijk mogelijk is.

Voorbeelden

  • Schrijven is de kunst van het schrappen.
  • Weinig alcohol kan te veel zijn.
  • Hoe gespecialiseerder iemand is, des te minder kan hij.

Oxymoron

Een oxymoron is een bijzondere vorm van een tegenstelling (antithese).
Het is een stijlfiguur waarbij twee elkaar uitsluitende begrippen worden gecombineerd tot één begrip.
Het woord is afgeleid van het Griekse ôxys (scherp) en môrôs (gek) en betekent 'scherpzinnige onzin'.

Voorbeelden

  • Goed fout
  • Oud nieuws
  • Het arrangement Tegenstelling, paradox en oxymoron is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2020-03-10 16:27:35
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De Kennisbanken bevatten de theorie bij de opdrachten.
    Leerinhoud en doelen
    Nederlands;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld