Sommige moleculen zijn zo groot dat transport via transporteiwitten geen uitkomst biedt. Soms moeten hele cellen worden opgenomen, bijvoorbeeld als een witte bloedcel een bacterie opneemt om te verteren.
De stoffen binden zich aan receptoren aan de membraan en worden daarna door de membraan omhuld.
De blaasjes worden naar binnen toe afgesnoerd van de celmembraan. Dit heet endocytose.
Men spreekt van exocytose wanneer de cel blaasjes afsnoert naar buiten, bijvoorbeeld om grote moleculen aan de celomgeving af te geven.