De stelling moet controversieel zijn binnen de groep die erover debatteert.
Het moet meteen duidelijk zijn waar de stelling over gaat.
De stelling moet absoluut geformuleerd zijn (dus niet: ‘in sommige gevallen’).
De stelling moet prikkelen, pijn doen en geen nuance bevatten.
De stelling bestaat uit één zin.
De stelling moet positief geformuleerd zijn (vermijd het woord ‘niet’).
De stelling mag geen argumenten bevatten (vermijd ‘want’ of ‘omdat’).
De stelling mag niet innerlijk tegenstrijdig zijn.
De stelling moet ondubbelzinnig geformuleerd zijn.
De stelling mag geen ‘truism’ bevatten als twistpunt (een truism is iets wat zo overduidelijk is dat het nauwelijks de moeite waard is om over te spreken).