In het atoommodel van Bohr is er sprake van een kleine kern: ongeveer 10-14 m. Deze bestaat uit protonen en neutronen. Elektronen bewegen in vaste banen op relatief grote afstand van deze kern in zogenaamde 'schillen'. De straal van de dichtstbijzijnde schil is meer dan 10-11 m, dus meer dan duizend keer zo groot als de straal van de kern.
Het aantal elektronen dat in een schil zit, is aan een maximum gebonden en is per schil verschillend. Iedere volgende schil kan meer elektronen bevatten dan de vorige.
We halen eerst in drie stappen onze basiskennis op over de bouw van atomen. Beantwoord steeds eerst de vragen voor je naar de volgende stap gaat.
Stap 1
Hieronder zie je het 'Periodiek Systeem der Elementen'. In het periodiek systeem zijn de elementen op een hele slimme manier gerangschikt.
Helemaal rechtsboven zit het element Helium.