Een tekst is vaak uit drie delen opgebouwd: een inleiding, een middenstuk en een slot.
In de inleiding trek je de aandacht van de lezer. Je wilt dat de lezer de hele tekst gaat lezen. Je introduceert het onderwerp van je tekst. De inleiding is vaak één alinea.
In het middenstuk geef je informatie over het onderwerp. Het middenstuk bestaat vaak uit meerdere alinea’s. In iedere alinea lees je iets nieuws over het onderwerp.
In het slot herhaal je de belangrijkste zaken in een samenvatting, geef je een conclusie, roep je mensen op iets te doen of geef je je mening.