De diameter of middellijn van een cirkel vind je als je een lijn trekt van buitenrand naar buitenrand die door het middelpunt van de cirkel gaat.
De straal van een cirkel is de afstand van het midden van een cirkel tot de buitenrand
Je kunt nu dus zien dat de diameter van een cirkel 2x de straal bedraagt.
Meet de omtrek en de diameter van een aantal cirkels, bijvoorbeeld een schoteltje, een fietswiel, een soepbord, een verkeersbord...
Maak nu de volgende som:
Je zult zien dat het antwoord steeds ongeveer 3,14 is. Dat is zo voor alle cirkels. Dit getal noemen we pi en als symbool schrijven we:
Als je de omtrek van een cirkel wilt bepalen kun je daarom de volgende formule gebruiken:
en omdat we weten dat diameter = 2 x straal kunnen we ook zeggen: