Als de kruisingsdoelen bekend zijn, is het tijd om geschikte ouders bij elkaar te gaan zoeken. De eigenschappen die in het nieuwe ras gecombineerd moeten worden, moeten aanwezig zijn in deze ouders. Al deze beschikbare eigenschappen in verschillende planten noemt men ook wel de genetische variatie.
Men kan verschillende soorten planten gebruiken om mee te kruisen. Gebruik je moderne rassen van jezelf of van andere bedrijven, dan hebben die meestal veel goede eigenschappen, maar ze lijken wel veel op elkaar: de hoeveelheid variatie is beperkt. Bij het gebruik van oudere rassen, heb je de beschikking over soms interessante eigenschappen. Qua opbrengst blijven ze echter vaak duidelijk achter op moderne rassen.
In dit filmpje vertelt Anne hoe ze genetische variatie zoekt om tomaten lekkerder te maken!