Toetsvragen

  1. Hoe kun je de ziekte van Lyme oplopen?
  2. Waar kun je teken vooral tegenkomen?
  3. Wanneer moet je het meest oppassen voor tekenbeten?
  4. Noem twee manieren om te voorkomen dat je door een teek gebeten wordt.
  5. Geef aan welk antwoord onjuist is:
    1. Als ik het gras gemaaid heb, moet ik mijzelf altijd op tekenbeten controleren.
    2. Als ik in het bos veel buiten de paden heb gelopen, moet ik mijzelf altijd op tekenbeten controleren.
    3. Ik hoef me nooit op tekenbeten te controleren als ik in november een boswandeling maak.
  6. Noem twee dieren die belangrijk zijn voor de teek.
  7. Op welke plekken op je lichaam moet je je jezelf vooral controleren na een bezoek aan het groen?
  8. Beschrijf kort wat je moet doen als je toch een tekenbeet op hebt gelopen.
  9. Waaraan kun je merken dat je met de Lyme bacterie besmet bent geraakt?
  10. Wat moet je doen als je merkt dat je de ziekte van Lyme hebt?