Vraag de kinderen om het verschil te noemen tussen bewerkt en onbewerkt voedsel. (Een bewerkt product heeft een aantal processen ondergaan die het van vorm en samenstelling heeft doen veranderen, bijvoorbeeld mengen met iets anders, koken, drogen.)
Voer nu een kringgesprek met de kinderen over de stelling: ‘We kunnen beter onbewerkt voedsel eten.’ Punten die besproken kunnen worden:
• Zowel bewerkt als onbewerkt voedsel is gezond.
• Er is bijna geen voedsel dat niet bewerkt is. (Ook verse producten worden bewerkt, als ze worden geoogst en vervoerd en opgeslagen.)
• Sommige producten worden erg bewerkt. Hierdoor worden ze langer houdbaar, zijn ze makkelijker te vervoeren of kunnen er andere dingen van gemaakt worden.
• Waarom willen mensen voedsel langer bewaren? (Gemakkelijk, ben je niet afhankelijk van het seizoen, kost minder tijd als iets is voorbewerkt of kant-en-klaar is gemaakt in pot of blik.)
• Waarom willen mensen soms dat er meer vers wordt gegeten? (Sommige mensen denken dat het gezonder is producten te eten die niet bewerkt zijn.)
• Welk voedsel kan gelijk uit de tuin, akker of van de boom worden gegeten? (Niet veel, wel van je eigen perenboom of eigen volkstuin. Maar dan pluk je het ook, je wast het en je snijdt het!)
Belangrijke regels bij discussiëren zijn:
1. Luister naar elkaar,
2. Val elkaar niet in de rede,
3. Iedereen heeft recht op zijn eigen mening,
4. Blijf bij het onderwerp,
5. Wees kritisch,
6. Gebruik zoveel mogelijk de ik-boodschap,
7. Wees bewust van je stemgebruik.
|