Leskenmerken | ![]() |
|
Activiteiten | Groepsgesprek | |
Werkvorm | Klassikaal, individueel | |
Doel | De kinderen ervaren dat veel van ons voedsel ver van Nederland vandaan komt. | |
Duur | thuisopdracht: 30 minuten, in de klas: 20 minuten |
Benodigdheden |
|
Uitvoering |
Laat een aantal voedingsmiddelen zien uit andere landen. Vraag de kinderen waar ze denken dat het product vandaan komt en of ze dit op de landkaart kunnen aanwijzen. Bananen komen uit Zuid-Amerika of Afrika, chocolade (cacao) uit warme landen rond de evenaar, mandarijnen komen uit Spanje of Marokko, koffie(bonen) uit warme landen rond de evenaar (zoals Brazilië), pinda’s komen uit Amerika, Argentinië en China. Geef de kinderen de opdracht om thuis zoveel mogelijk voedingsproducten te bekijken en op het etiket op te zoeken uit welk land ze komen. Geef ze hiervoor een stapeltje post-its mee. Op iedere post-it schrijven ze het product en het land van herkomst. Laat de kinderen de volgende dag in de klas de post-its met het product en land van herkomst op de juiste plek op een grote wereldkaart plakken. Welke producten komen het verst hiervandaan? |
Aansluitende Smaaklessen | |
Groep 7 | Groep 8 |