Zaden drogen en bewaren

Zaden zijn levende organismen. Bij de ademhaling gebruiken ze zuurstof en komt er warmte vrij. Naarmate de zaden vochtiger zijn, is hun ademhaling intensiever. Hierdoor neemt de bewaarbaarheid af. Ook leidt een hoog vochtgehalte en intensieve ademhaling tot een hogere temperatuur. Daardoor kan gemakkelijk ‘broei’ ontstaan. Broei tast de vitaliteit van het zaad ernstig aan. Het is dus duidelijk dat de zaden na de oogst gedroogd moet worden. Drogen kan onder gecontroleerde omstandigheden (droogwand) of ongecontroleerd in de kas.

 

Extreme vochtigheid kan leiden tot schot. Schot is het kiemen van het embryo in het zaad terwijl het zaad nog in de zaaddoos zit. Dit kan zelfs gebeuren tijdens het drogingsproces en bij het bewaren van het zaad. Door de juiste temperatuur en luchtvochtigheid te kiezen, kun je schot tegen te gaan.

Figuur 23 Droogwand bestaande uit gaasbakken. Bron: Bejo Zaden B.V