02 Niet toegerekende kosten

 

Inleiding - theorie

De theorie hiervoor is bereikbaar via de volgende link: SWOT - theorie. Dit bestand staat ook onder Bronnen.

In hoofdstuk 3 van SWOT - theorie staat toelichting aan de hand van de voorbeeldbedrijven Oostmelk (melkvee) en Oosterhuis (varkens), dezelfde bedrijven als in hoofstuk 2 bij het saldo. Deze twee voorbeeldbedrijven staan ook onder Bronnen.
Er staat steeds een stukje uit het voorbeeldbedrijf waarna toelichting op de invulling volgt. Grijs gearceerd zijn de cellen in de begroting die ingevuld kunnen worden.

 

Schoolopdrachten

1 Maak de oefentoets voor NTK af waarvan je in hoofdstuk 1 het saldo al hebt gemaakt (de koppeling naar de toets staat ook hoofdstuk 1).

In het hoofdstuk saldo het je in de oefentoets het tabblad saldo al ingevuld. Als je hier alles goed hebt ingevuld, zijn alle opmerkingen weg en kun je bovenin het tabblad NTK de benodigde gegevens van het tabblad saldo halen. De rest van de gegevens haal je van het tabblad gegevens.

2 In hoofdstuk '3 Bedrijfsbegroting - niet-toegerekende kosten' van 'SWOT - theorie' staan enkele opdrachten. Maak deze.

 

Praktijkopdrachten

Alle opdrachten bij de economisch - financiële aspecten staan in "Eindopdracht deel 1 Entrepreneur animal business". Centraal hierin staat het maken van een bedrijfseconomische begroting en de analyse naar aanleiding van deze begroting centraal.

De tabbladen 'Bedrijfsgegevens', 'Saldo', 'Werktuigen', 'Niet toegerekende kosten' en 'Kostprijs' moeten ook bij het verslag van de technische aspecten worden ingevoegd cq gebruikt. 

Via de volgende link kom je bij de Eindopdracht deel 1 Animal business

  1. In de praktijkopdracht bij het saldo heb je al gegevens ingevuld bij de tabbladen saldo en bedrijfsgegevens. Ga met dit bestand verder.
  2. Verzamel op het praktijkbedrijf de gegevens voor de tabbladen 'Werktuigen' en 'Niet toegerekende kosten'. Lees de opmerkingen onderaan en hou daar bij de invulling van de gegevens van het praktijkbedrijf rekening mee!
    Deze beide tabbladen dien je 4 weken na de eerste les ingevuld te hebben.
  3. Als je de begroting op het praktijkbedrijf hebt ingevuld tot en met de niet-toegerekende kosten, lever je deze op papier (geprint) in ter controle.
  4. Je krijgt de begroting met opmerkingen terug. Sommige opmerkingen zijn echte fouten en moet je in Beg ru / Beg va verbeteren. Sommige opmerkingen betekenen voor jou mogelijk aandachtspunten ter bespreking (of toelichting in het verslag) omdat ze afwijkend zijn. Soms kan dit leiden tot uitwerking als verbeterpunt in hoofdstuk 8 en 9 van de eindopdracht.
  5. Nadat je de correcties in Beg ru / Beg va hebt aangebracht, mail je de begroting naar de docent. De docent zet de kengetallen van alle praktijkbedrijven in de klas (onder nummer) in een overzicht met de resultaten van elk afzonderlijk bedrijf, het gemiddelde, het hoogste en het laagste resultaat per kengetal. Met behulp van dit overzicht ga je in de klas nu verder als een soort studieclub functioneren met de volgende opdrachten.
    Ga buiten school discreet om met de gegevens die je onder ogen krijgt!!
  6. Bekijk de resultaten van de andere bedrijven en stel per mail aan ieder bedrijf 5 vragen over afwijkende kengetallen. Verdeel deze 5 vragen over technische kengetallen, kengetallen in het saldo en kengetallen bij de niet-toegerekende kosten (zie kostprijs). Mail deze vragen aan de leerlingen van de andere bedrijven.
  7. Je krijgt van de leerlingen van de andere bedrijven ook 5 vragen over jouw bedrijf. Beantwoord deze vragen (als je het zo niet weet dan aan de veehouder vragen) en mail ze terug.
  8. Als het antwoord dat je krijgt op een door jou gestelde vraag niet duidelijk is, vraag je om verdere verheldering.
  9. Neem vragen en antwoorden over jouw bedrijf in het verslag op (alles is immers per mail gegaan). Mogelijk zitten hier vragen bij die je bij de evaluatie in hoofstuk 8 (analyse) en 9 (adviezen) verder uitwerkt.

 Hou er rekening mee dat je beide tabbladen bedrijfseconomisch invult en niet fiscaal. Denk aan bijvoorbeeld:

  • vervangingswaarde
  • werkelijke gebruiksduur werktuigen (--> afschrijving)
  • gemiddelde rente
  • overnameprijs grond (waarde verpachte staat)
  • reële schatting huidige leeftijd gebouwen (hou rekening met verjonging door renovatie) + resterende levensduur
  • reële schatting aantal VAK's + beloning per VAK
  • vergeet de algemene kosten niet.