China heeft de snelst groeiende bevolking van de wereld. Er wonen ruim 1,3 miljard mensen, ongeveer een vijfde deel van de totale wereldbevolking.
Shanghai, de grootste stad van China, gaat korte metten maken met de éénkindpolitiek om te voorkomen dat de bevolking te sterk veroudert. Mensen die zelf enig kind zijn, mogen voortaan twee kinderen hebben. Dat meldde het staatspersbureau Xinhua donderdag.
China kent sinds 1979 de éénkindpolitiek, omdat Peking een overvloed aan mensen vreesde.
„Shanghai heeft ongeveer drie miljoen inwoners die ouder zijn dan zestig jaar. Dat is meer dan 20 procent van onze bevolking”, aldus de directeur van het Bureau voor Gezinsplanning in de stad. Xie Lingli maakt zich niet alleen zorgen over de vergrijzing, maar ook over het tekort aan werknemers dat in de toekomst gaat ontstaan.
China kent sinds 1979 de éénkindpolitiek, omdat Peking een overvloed aan mensen vreesde. Volgens de overheid heeft het beleid de geboorte van honderden miljoenen kinderen voorkomen. China telt meer dan 1,3 miljard inwoners.
Op het platteland werd altijd al afgeweken van de regelgeving, omdat meer handen nodig zijn om het land te bewerken. Als het eerste kind een meisje is, mogen stellen daar een tweede kind krijgen. Wie een te groot gezin heeft, moet een boete betalen. Duizenden mensen hebben de regels inmiddels overtreden.
China heeft de snelst groeiende bevolking van de wereld. Er wonen ruim 1,3 miljard mensen, ongeveer een vijfde deel van de totale wereldbevolking.
Om deze reden heeft de Chinese regering in 1979 besloten dat elk echtpaar slechts één kind mag krijgen, het zogenoemde ‘eenkindbeleid’. Vooral in de stad kan dit beleid gemakkelijk aan de bevolking worden opgelegd.
Wanneer er ‘illegaal’ een tweede kind op komst is, riskeren de ouders dat zij:
• gedwongen worden abortus te plegen
• een gevangenisstraf krijgen, of
• een hoge boete moeten betalen (wat zij vaak niet kunnen)
Dit leidt er nogal eens toe dat de toekomstige ouders de zwangerschap verzwijgen en na de geboorte het kind te vondeling leggen. De eenkindpolitiek heeft ertoe geleid dat de Chinese vrouw tegenwoordig gemiddeld nog maar 1,5 kind krijgt, terwijl dat er vroeger nog 6 waren.
De eenkindpolitiek in China heeft naar schatting 400 miljoen geboortes weten te voorkomen. Ook zou dit beleid voor minder armoede hebben gezorgd, doordat er nu geen grote gezinnen meer zijn. De eenkindpolitiek lijkt dus een groot succes.
Door deze politiek zijn ook de volgende problemen ontstaan:
- Vergrijzing. De Chinese bevolking wordt steeds ouder en het is steeds lastiger om deze ouderen te onderhouden, omdat het aantal jonge arbeidskrachten afneemt.
- Een scheve man-vrouwverhouding. Doordat veel Chinese gezinnen liever een zoon dan een dochter willen, kiezen zij regelmatig voor een abortus als er een meisje op komst is. Hierdoor is er een tekort aan vrouwen ontstaan.
- Miljoenen abortussen en babylijkjes. De boetes voor het krijgen van een tweede kind zijn zo hoog dat veel mensen, vooral boeren, deze niet kunnen betalen. Hierdoor worden jaarlijks miljoenen abortussen gepleegd. Gezinnen die toch een tweede kind krijgen, ‘dumpen’ het.
Uitleg over het demografische transitiemodel
Ondanks het feit dat het aantal geboorten op de wereld steeds sneller stijgt verwacht men dat de totale bevolkingsgroei op de wereld lager wordt. Men verwacht dat de wereldbevolking aan het einde van deze eeuw zijn grootste omvang bereikt van ongeveer 10,2 miljard mensen.
De tegenwoordige bevolkingsomvang is vooral toe te schrijven aan twee perioden. De eerste grote bevolkingsgroei vond plaats in Europa van 1800 tot 2000. De tweede grote bevolkingsgroei vindt vanaf de Tweede Wereldoorlog plaats in de ontwikkelingslanden.
De demografische transitie is een overgang die een bevolking doormaakt van een situatie waarin hoge geboorte- en sterftecijfers voorkomen naar een situatie waarin lage geboorte- en sterftecijfers voorkomen. Het proces is in vijf fasen onder te verdelen, deze fasen kunnen over het algemeen worden gerelateerd aan sociaal-economische veranderingen. Deze sociaal-economische veranderingen hangen nauw samen met de ontwikkeling van een staat van een traditionele agrarische samenleving naar een moderne stedelijke samenleving.
- Fase 1: De agrarisch ambachtelijke fase - Situatie die gekenmerkt wordt door hoge geboorte- en sterftecijfers. Dit komt momenteel nog voor in sommige ontwikkelingslanden.
- Fase 2: De proletarische fase – Situatie die gekenmerkt wordt door een snelle daling van sterfecijfers, de geboortecijfers blijven echter wel hoog.
- Fase 3: De moderne fase – Situatie die gekenmerkt wordt door een snelle daling van het geboortecijfer.
- Fase 4: De post-transitie fase – Situatie die gekenmerkt wordt door lage geboorte- en sterftecijfers.
- Fase 5: De post-moderne fase – Situatie die gekenmerkt wordt door een kleine toename van het sterftecijfer, dit wordt vooral veroorzaakt door de vergrijzing.
Het model voor de demografische transitie is voornamelijk gebaseerd op Europese samenlevingen. Hij wordt ook wel gebruikt om de toekomstige bevolkingsomvang van ontwikkelingslanden te berekenen, maar aangezien deze landen een andere ontwikkeling doormaken wordt de validiteit van het model afgevraagd.