Namen
Nederlands: Gewone smeerwortel
English: Common comfrey
Deutsch: Gemeiner Beinwell (Gewöhnlicher Beinwell)
Wetenschappelijk: Symphytum officinale
Familie: Ruwbladigenfamilie, Boraginaceae
Beschrijving
Afmeting: 30 cm tot 1 meter.
Levensduur: Overblijvend.
Bloeimaanden: Mei t/m augustus.
Wortels: Een penwortel.
Stengels: De rechtopstaande stengels hebben brede vleugels en zijn borstelig behaard. De holle bloeistengels zijn dik, vlezig en naar boven toe vertakt.
Bladeren: De lange stengelbladen worden geleidelijk smaller. De onderste bladeren zijn eirond tot langwerpig. De bovenste bladeren zijn langwerpig en niet getand. Alleen de onderste bladeren hebben een steel.
Bloemen: De bloemen vormen een knikkende, gevorkte bloeiwijze bovenaan aan de stengels. Ze zijn paars, vuilroze of wit, 1,2 tot 1,8 cm groot en klokvormig met spitse, ingesloten keelschubben en korte driehoekige, teruggekromde slippen. De kelk is gedeeld.
Vruchten: De zwarte nootjes zijn glad, glanzend en voorzien van een vlezig aanhangsel.
Biotoop
Bodem: Zonnige tot licht beschaduwde plaatsen op natte tot vochtige, voedselrijke grond (alle grondsoorten, maar weinig op puur veen).
Groeiplaatsen: Iets omgewerkte grond, venen, bermen, struikgewas, loofbossen, heggen in uiterwaarden, grienden, oeverruigten, stenen beschoeiingen, dijken, weilanden (kwelplekken), uiterwaardhooilanden en maisakkers.
Eetbaar
Eetbare delen: Het blad is gekookt/gefrituurd eetbaar. Voor de rest moet de plant inwendig het best niet genuttigd worden.
Smaak: Blad gefrituurd als tong (vis).
Geneeskracht: Mag inwendig niet meer gebruikt worden vanwege het gehalte pyrozyllidine alkaloïde (kan leverschade veroorzaken). Bij het koken van het gewas gaat deze stof kapot. Uitwendig wordt het sap uit de wortel gebruikt als wond helend middel. Anderzijds schijnt de plant wel stoffen te bezitten die kanker tegen gaan.
Blad: Het blad is volgens het onderstaande recept heerlijk.
Recept:
Smeerwortelbeignets
- 100 gram bloem
- 1,5 dl lauw water
- Smeerwortelbladeren
- Een frituur op 180 graden
- 1 ei
- Een beetje zout, cayennepeper
Werkwijze:
Eerst maak je een beslag.
Dooier en eiwit scheiden. Bloem in een kom, een beetje zout, het water en de eierdooier langzaam en goed door elkaar roeren en dan een poos laten rusten.
Ondertussen kan je het eiwit tot een stijf schuim kloppen.
Dat ga je dan door je beslag mengen.
De smeerwortelbladeren was je en droog ze met keukenpapier. Doop ze in het beslag, laat ze in de hete olie bakken tot ze goudbruin zijn.
Op een bodem van keukenpapier laten uitlekken en bestrooien met wat peper, zout en cayennepeper naar smaak voor het opdienen.