De content die je gebruikt in je les bestaat uit boeken, werkschriften, websites, video's, toetsen etc.. Ga je t.b.v. hybride onderwijs een deel van je lessen online geven, dan zul je daar een en ander aan moeten aanpassen. Het is allesbehalve optimaal gebleken om een gewone klassikaal frontale les via een videoconferentietool te geven.
Laten we eerst uitgaan van een les op school in het lokaal. Die les kun je verrijken door op bepaalde momenten in het leerproces tools in te zetten. Zie hiervoor de volgende paragraaf. In het algemeen kun je meer activerende werkvormen gebruiken dan dat je al had.
Als een deel van de leerlingen jouw instructie niet nodig heeft of voldoende heeft aan een instructievideo, dan kunnen die leerlingen zelfstandig aan de slag, op school (leerplein, op de gang, studieruimte) of thuis. De leerlingen die de instructie wel nodig hebben kun je in het lokaal uitnodigen. Maar als dat om wat voor reden dan ook niet kan, dan kun je die kleine groep ook via een korte videoles benaderen. In die videoles kun je ook weer activerende (digitale) werkvormen toepassen. Begin bijvoorbeeld met het ophalen van de beginkennis m.b.v. een online tool als mentimeter of een woordwolk met Answergarden. Die voorkennis zou je ook voorafgaand aan de les met een online enquete hebben kunnen nagaan. Overigens heb je misschien een DLWO of andere tool als LessonUp die al die mogelijkheden ingebouwd heeft. Tijdens de videoles kun je de leerlingen een digitaal prikbord laten samenstellen waarop zij hun vragen of meningen kwijt kunnen. Juist de digitale tools zijn dus heel goed inzetbaar.
In deze workshop e-didactiek kom je in aanraking met meerdere gereedschappen die je in je hybride les kunt inzetten. Je hebt ermee geoefend, een les mee voorbereid en gekeken wat de voor- en nadelen van de inzet van zo'n tool zijn.
Daarbij dien je uiteraard telkens in de gaten te houden waarvoor je het doet: de leerling! Wat schiet de leerling ermee op? Kan er meer op maat aandacht gegeven worden? Wordt de leerling gemotiveerder? Worden de resultaten hoger? Afhankelijk van je doel kies je voor één of meerdere gereedschappen.
Zorg daarbij voor variatie. Als jij én je collega's veelvuldig Kahoot gebruiken om kenniswedstrijdjes te doen, dan vinden de leerlingen dat in het begin nog wel leuk, maar zodra je geluiden hoort als 'Nee hè, niet weer ...' dan weet je dat je meer zult moeten variëren. Combineer ook ICT inzet met niet-ICT gebonden werkvormen. Zo kun je bijvoorbeeld de meningen in een klas peilen met Kahoot, Socrative, GoVote of wat dan ook, waarna je met de techniek 'Over de streep' gaat praten over die meningen. In een offline-les is dat wel duidelijk, maar ook in een online-les kunnen leerlingen hun mening geven en kan iedere leerling in een online tool aangeven aan welke kant hij of zij staat en dat aanpassen wanneer zij dat willen (bijvoorbeeld met een online prikbord, waarin zij alleen zichzelf (!) kunnen verplaatsen).